Ronde bokkenpootjes

Bokkenpootjes. Toch wel één van de lekkerste koekjes in de koektrommel. Het is echt zo’n typisch Nederlands koekje en het heeft zijn naam te danken aan zijn vorm, die (blijkbaar) overeenkomt met die van de poot van een bok. En waarom ze zo lekker zijn? Dit verrukkelijke ‘pootje’ wordt gemaakt van twee staafjes heerlijk luchtig amandel-biscuit, die aaneen geplakt worden met een vulling, waarna de voetjes aan beide zijden in de pure chocolade gedoopt worden. Mmmm. Het resultaat is bij velen favoriet, en zelfgemaakt smaakt dit koekje nóg lekkerder. 

Ik besloot ze deze keer niet in hun traditionele vorm te maken, maar ze in een rond jasje te steken met een ganache-vulling van vanille en witte chocolade. Hun naam danken ze nu aan het feit dat ze duivels lekker zijn. Het is echt een cadeautje voor bij de koffie. Ze waren dan ook geen lang leven beschoren in mijn koektrommel. 

Tip: bewaar de koekjes in een gesloten trommel. 

Ingrediënten

• 100 g kristalsuiker
• 125 g eiwitten (ongeveer 4 eieren)
• 30 g bloem, gezeefd
• 180 g broyage (90 g amandelmeel + 90 g kristalsuiker)
• 30 g amandelschaafsel
• 100 ml slagroom
• 200 g witte chocolade
• 1 vanillestokje
• 150 g pure chocolade

Extra nodig

bakpapier, spuitzakken, glad rond spuitmondje

Tijd (ongeveer)

> 60 minuten bereiding, 12-15 minuten oven, 25 minuten wachten

• Verwarm de oven voor op 180°C.
• Bekleed een bakplaat met bakpapier en spreid hierop 80 g kristalsuiker uit. 
• Plaats de bakplaat in het midden van de oven en verwarm de suiker. Let erop dat de suiker niet te heet wordt. Zet de ovendeur open als dat toch het geval zou zijn.
• Klop de eiwitten schuimig en klop verder op hoge snelheid. Wanneer de eiwitten voldoende schuimvolume hebben, voeg dan geleidelijk 20 g kristalsuiker toe.
• Wanneer je een mooi stevig schuim hebt, voeg dan geleidelijk onder voortdurend kloppen de verwarmde suiker toe en klop tot een zeer stevig schuim. Het schuim is klaar als het in stijve pieken blijft staan.
• Meng de bloem met de broyage en spatel dit voorzichtig onder de opgeklopte eiwitten.
• Bekleed de bakplaat opnieuw met bakpapier.
• Vul een spuitzak met het eiwitschuim en spuit een even aantal ronde hoopjes schuim op de bakplaat. Zorg voor voldoende tussenruimte (ca. 2 centimeter). Druk opstaande puntjes met een natte vinger plat. 
• Verdeel gelijkmatig het amandelschaafsel over de helft van de gespoten koekjes.
• Bak de koekjes 12-15 minuten in het midden van de voorverwarmde oven en laat de koekjes daarna afkoelen.
• Maak ondertussen de vulling
• Halveer het vanillestokje in de lengte en schraap het merg uit één helft.
• Doe de slagroom samen met het vanillemerg en het halve stokje in een steelpan en breng aan de kook. 
• Hak de witte chocolade fijn en doe in een hittebestendige kom. 
• Haal de pan van het vuur zodra de room kookt, verwijder het stokje, en schenk de room over de witte chocolade. Laat staan tot de chocolade is gesmolten.
• Roer goed door tot een gladde massa. 
• Laat afkoelen. 
• Haal de afgekoelde koekjes voorzichtig los van de bakplaat.
• Hak de pure chocolade grof. Smelt 2/3 van de pure chocolade au bain-marie.
• Haal de kom van de pan met water en voeg vervolgens onder voortdurend roeren de resterende chocolade toe.
• Dompel de koekjes zonder amandelschaafsel met de bolle kant in de gesmolten chocolade. Zorg dat het teveel aan chocolade eraf druipt en laat opstijven.
• Klop de witte chocoladeganache kort op, tot een bleke romige massa die makkelijk spuitbaar is.
• Vul een spuitzak met de vulling en spuit een beetje op de vlakke kant van een koekje met amandelschaafsel. Druk er vervolgens een koekje met chocolade tegenaan. 
• Herhaal dit spuiten van de vulling tot alle koekjes gedaan zijn.
• Serveer.